Hij werkte als boekhouder bij Daniels Israels Cohen, ijzerkoper. Later werkte hij bij de stoommeelfabriek aan de Noorderkade. In sept'1898 brandde deze fabriek geheel uit en men ging niet tot herbouw over. Jan werd hierdoor brodeloos en vertrok in 1899 met zijn gezin naar Amsterdam. Uiteindelijk werd hij directeur van een spiritusfabriek in Bergen op Zoon. Na zijn pensionering ging hij aanvankelijk in Haarlem wonen en later in Den Haag.
Hij is ook een van de eerste onderzoekers naar de stamboom van Neeltje Pater. Hij stelde begin 1900 een Parenteel samen. Voor 1899 verzamlde hij de gevens voor dit schema door een groot aantal noord hollandse pastorieen te bezoeken. Hij werd hierbij geholpen door C. Hes uit Oudorp, die hem van de nodige informatie voorzag.
De orginele papieren zij waarschijnlijk op dit moment in het bezit van de heer J.A.M.S. Joppe uit Epe. Hij is de kleinzoon van de maker. Deze papieren kwamen in 1980 in zijn bezit bij het overlijden van zijn vader. Zijn moeder was al overleden in 1952.
Het originele parenteel is sinds 2-11-2013 in handen van Gerard Pater de voorzitter van de FOP. Deze werd hem overhandigd door Ton Pater uit Ede tijdens 'n bestuursvergadering in Nunspeet.
Een kopie van het parenteel is in het bezit van Gerard Pater Alkmaar. Deze ontving deze info via dhr.van der Veer van Annie Stierp-Impink.
1854 - 1927 (73 )