Joyce van Rooijen



Generaties:      Standaard    |       |    Compact    |    Box    |    Alleen tekst    |    (Uitgebreide)kwartierstaat    |       |    Media    |    PDF

Generatie: 1

  1. 1.  Joyce van Rooijen

Generatie: 2

  1. 2.  Johannes Gerhardus Maria van Rooijen

    Johannes Miranda Jacobina Corona Pater [Gezinsblad] []


  2. 3.  Miranda Jacobina Corona Pater
    Kinderen:
    1. 1. Joyce van Rooijen
    2. Roy van Rooijen


Generatie: 3

  1. 6.  Gerrit Pater 13 aug 1927 Veenendaal (zoon van Frans Pater en Jacoba Hendrika van Scherrenburg); 20 dec 2020Ede.

    :

    • Beroep: Kok

    Aantekeningen:

    Rijnpost 28 april 2004. Oorlogs- en voetbalveteraan Gerrit Pater gast van de week bij GVVV.
    Veenendaal - In 1947 vertrok Gerrit Pater als korporaal van de Garde Jagers voor drie jaar naar het toenmalige Nederlands-Indië. Het was een roerige en onzekere tijd. Na zijn behouden terugkeer werd de toen 24-jarige Gerrit lid van GVVV en is dat 43 jaar gebleven. De eerste jaren verdedigde hij het doel van het eerste elftal aan de Buurtlaan. Daar beleefde Gerrit zijn eerste kampioenschap.

    Doet ook aan onderzoek. Heeft inf. en foto's aan Jan van Doorn gegeven. Voor zijn pensioen kok bij een kazerne te Ede, daarna partime kok bij een bejaardencentrum. Verder is hij dinsdags en donderdags voetbaltrainer, waarbij hij op woensdag de jeugd traint.


    'De politiek liet ons in de steek'


    03-09-2014 15:13
    VAN DE REDACTIE EdeStad.nl

    EDE - "Ik lag in een bamboeveld en ineens kregen we de volle laag. Overal vlogen kogels, je kon bijna geen dekking zoeken." Herinneringen van veteraan Gerrit Pater (87). Van 1947 tot 1950 streed de Edenaar vrijwillig in de Indonesische afhankelijkheidsoorlog. Als groepscommandant en strijder keek hij uit naar een groot avontuur, maar de realiteit was harder dan gedacht.

    door Ruth van der Kolk

    Ter voorbereiding deed Pater een infanterieopleiding in Schotland met schietoefeningen en conditietrainingen in de bergen. Hij leek goed voorbereid, maar de werkelijkheid in Oost-Java bleek heel anders. Hij liep dag en nacht patrouilles van vijftien kilometer met bepakking en wapens terwijl het boven de 40 graden was. Toch viel er wel te leven met de hitte. Het was vooral de gespannen sfeer waar niemand aan kon wennen.
    "Er was altijd spanning. We hadden geleerd wat we moesten doen in een oorlog, maar iedereen was bang. Tijdens onze vuurdoop werd iemand gek van angst. Hij gooide zijn geweer weg en rende het bamboeveld uit."
    Wanneer de soldaten een gebied in moesten, reden ze in verschillende groepen met auto's naar de plek. Eenmaal uitgestapt trokken ze door de bermen op zoek naar de vijand. Toch liepen ze de tegenstanders niet snel tegen het lijf. De vijanden kleedden zich als burgers, verstopten zich en vielen onverwachts aan.
    "In een guerillaoorlog is alles geniepig. Ik zag een keer dat een tegenstander het water in dook en niet meer boven kwam. Later zag ik hem onder water liggen aan de kant. Hij haalde adem door een rietje."

    Maar wanneer Pater oog in oog stond met de vijand wist hij dat het menens was. "Op zo'n moment bedacht ik me maar één ding: het is ik of hij."

    Doodgebloed
    "Ik weet nog dat Henk, een kameraad, huilde toen hij een brief kreeg van zijn moeder. Hij zei dat zijn moeder hem nooit weer terug zou zien." Zijn gedachte werd werkelijkheid, want twee weken later sneuvelde hij na een landingsoperatie met mariniers op het eiland Maduro. De groep kwam terecht in een hinderlaag. Van alle kanten werden ze beschoten. "We gingen gelijk in dekking. Ik zat bij een uitgebrand wrak van een vrachtwagen. De luitenant riep dat we moesten stormen, dus ik zocht mijn jongens op. Toen ik hen vond zag ik ze gewond op de grond liggen. Eén jongen had een schot in de lies en een ander in zijn enkel. Henk had een schot in zijn aorta. Ik bleef toen bij hem, want ik wilde hem absoluut niet alleen laten. Terwijl de rest aan het stormen was is Henk doodgebloed."
    Het zijn heftige verhalen die de veteraan naar huis nam na drie jaar lang strijden. Maar in plaats van dat hij in Nederland een warm onthaal kreeg, scholden mensen hem uit voor moordenaar en verkrachter. "Dit deed mij onnoemelijk veel pijn", vertelt Pater. "Ik zei er maar niets van. Laat ze maar kletsen, dacht ik. Ik hoefde geen gedoe meer op te zoeken."
    Ook vanuit de politiek ervaarde hij geen begrip. "De politiek liet ons in de steek. De veteranen moesten uit eigen initiatief steun en aandacht zoeken voor het verleden."

    De steun die hij mistte vanuit de samenleving vond hij wel bij zijn vrouw. Hij was verloofd voordat hij op uitzending ging. Zij steunde hem drie jaar lang door brieven te schrijven. "Anderhalf jaar geleden kreeg zij van de Commandant van de Nederlandse Strijdkrachten een zilveren roos uit dankbaarheid en respect."

    Trauma
    De onafhankelijkheidsoorlog had veel impact op zijn leven in positieve en negatieve opzichten. "Omdat ik commandant was van een groep soldaten leerde ik leiding te geven. Ik werd later voetbaltrainer en heb veel kampioenschappen mee mogen maken."
    Toen hij thuis kwam pakte hij zijn leven weer op en vulde zijn dagen met trainingen. Tijd voor oorlogsverwerking was er niet. Maar nu hij 87 jaar is, komen de herinneringen weer boven. "Ik heb nu veel tijd om erover na te denken. Door gewelddadige televisiebeelden dwalen mijn gedachten af naar vroeger. 's Nachts droom ik erover. Zoiets noemen ze een posttraumatische stressstoornis."
    Geregeld denkt hij aan zijn gesneuvelde kameraden. In totaal overleden 45 mannen van zijn bataljon (800 man). "Ik wilde graag nog een keer naar Indonesië om afscheid te nemen van de gesneuvelde kameraden op het militaire ereveld. Helaas is het er nooit van gekomen."
    Herinneringen deelt Pater nog met een goede vriend met wie hij samen streed. Ook bezoekt hij nog ieder jaar de reünie van de Garde Regimenten Jagers en Grenadiers waar veteranen samenkomen vanuit zijn bataljon.

    Veteranen vertellen
    Onder deze titel verschijnen vier woensdagen verhalen in dit medium. Voorafgaande aan de jaarlijkse Lokale Veteranendag in Ede op vrijdag 19 september interviewen vier studenten journalistiek, in opleiding aan de Christelijke Hogeschool, Edese veteranen over hun periode van uitzending naar voormalig Nederlands-Indië en/of Korea.
    Dit initiatief werd genomen door het bestuur van de Veteranensociëteit in Ede. Op deze wijze wil zij jonge mensen in contact brengen met Edese veteranen en de verhalen over hun uitzending onder de aandacht brengen van het Edese publiek. De verhalen verschijnen wekelijks tot en met 10 september.
    Tijdens deze interviews spraken de veteranen openhartig over hun belevenissen in het verre, voormalige Nederlands-Indië en Korea. Kameraadschap, angst, gevaren en verdriet komen aan de orde.

    Verblijfplaats:
    Woonde 01-01-1996, J.T. Tooropstraat 24 Ede.

    Gerrit Neeltje Vink [Gezinsblad] []


  2. 7.  Neeltje Vink
    Kinderen:
    1. 3. Miranda Jacobina Corona Pater


Generatie: 4

  1. 12.  Frans Pater 26 mrt 1904 Ede (zoon van Gerrit Pater en Geertruida Overeem); 21 jul 1974De Bilt.

    :

    • Beroep: chauffeur-monteur-bankwerker

    Aantekeningen:

    Reislustige meneer. Vertrok, kort na zijn eerste huwelijk, op 25 apr. 1927 van Otterlo, gem. Ede, Od 133b. Dan naar Veenendaal aan de Smidstraat 5a. Dan op 21 dec 1938 gaat hij voor even naar de Zwanenburgwal 78hs te Amsterdam om op 13 maart 1939 voor even naar de Rustenburgstraat 370 3h en op 28 apr. 1939 weer naar de Zwanenburgwal 78hs te gaan. Daarna gaat hij voor een paar maanden naar Duitsland aan de Marktstrasze 20 te Kleef en schrijft zich op 20-10-1939 in Apeldoorn aan de Griftstraat 16 en op 4 dec. 1939 aan de Bartelsweg 67. Op 30 mei 1940 gaat hij weer terug naar Amsterdam maar nu aan de Ruijsdaelsestraat 70 I en verkast op 19 nov. 1943 naar 70 II. In die tijd laat hij zich scheiden en trouwde een maand later voor de tweede keer, maar bleef er dus nog wel enige tijd wonen. Op 9 aug. 1945 laat hij zich inschrijven op de Holendrechtstraat 33 hs en op 22 juli 1947 aan de Diezenstraat 24 II. 15 Oktober 1948 woont hij Slaakstraat 9 III en op 17 feb. 1949 verlaat hij Amsterdam en gaat naar Utrecht in de Hugo de Grootstraat 7bis. Ook daar gaat hij weer weg en vertrekt op 5 april 1949 naar Ede aan de Veenderweg 103 (dat werd doorgehaald en er is de Bettekamperpad 87 bijgetypt). Kennelijk weet hij niet wat hij wil want als hij op 31 aug. 1949 naar Utrecht gaat staat er eerst Burg. Reigerstraat 58 bis wat is doorgehaald en Krijsweg 18bis is bijgeschreven. Ook het volgende werd er maar bijgeschreven want de kaart raakte vol. 14 maart 1951 Nieuwe Koekoekstraat 53. Laat zich in september scheiden om in november weer te trouwen en gaat dan op 31 dec. 1951 naar de Nieuwe Koekoekstraat 5. Op 15 juli 1954 typt men in De Bilt zijn laatste adres: Waterweg 133.

    Frans Jacoba Hendrika van Scherrenburg 06 apr 1927 (Civil)Ede, 26 nov 1941 Ede. Jacoba 12 jun 1907 Ede; 13 sep 1993Veenendaal. [Gezinsblad] []


  2. 13.  Jacoba Hendrika van Scherrenburg 12 jun 1907 Ede; 13 sep 1993Veenendaal.
    Kinderen:
    1. 6. Gerrit Pater 13 aug 1927 Veenendaal; 20 dec 2020Ede.
    2. Peter Alexander Pater 03 sep 1928 Veenendaal; 23 jan 1986Rhenen; Veenendaal.
    3. Gerard Pater 01 sep 1930 Veenendaal; 28 jun 2008Ameland; 03 jul 2008Ede.
    4. Susanna Pater 02 aug 1932 Veenendaal; 08 sep 1986Ede.
    5. Jannigje Pater 05 jun 1934 Veenendaal; 27 dec 2020Veenendaal.